maandag 28 maart 2011

Lente!


Het is weer bijna april. De dagen worden weer langer, vooral ’s avonds is dat goed te merken. De donkere dagen liggen voorgoed achter ons. Hoewel, aprilletje zoet…..
De Génestet, in zijn “De Dichtwerken”, was ook aan de zon toe, gezien zijn gedicht “Boutade”:


Boutade

O land van mest en mist, van vuilen, kouden regen,
Doorsijperd stukske grond, vol killen dauw en damp,
Vol vuns, onpeilbaar slijk en ondoorwaadbre wegen,
Vol jicht en parapluies, vol kiespijn en vol kramp!

O saaie brij-moeras, o erf van overschoenen,
Van kikkers, baggerlui, schoenlappers, moddergoôn,
Van eenden, groot en klein, in allerlei fatsoenen,
Ontvang het najaarswee van uw verkouden zoon!

Uw kliemerig klimaat maakt mij het bloed in de aderen
Tot modder; ‘k heb geen lied, geen honger, vreugd nog vreê.
Trek overschoenen aan, gewijde grond der vaderen,
Gij – niet op mijn verzoek – ontwoekerd aan de zee.
(Nov. 1851)

Maar dán het voorjaar:

Mooi-Weêrslied

Een zonnestraal, een wonderstraal
Is in mijn borst gedrongen:
Mijn matte ziel herleefde weer,
Ik twijfel en ik haat niet meer
En heb mijn lied gezongen.
(…)
Hoor gij mijn dank, in ’t blij gezank,
O God der bloeiende aarde!
Die licht en geur en vroolijkheid
Mild in mijn ziele hebt verspreid,
Als in Uw lentegaarde.
(1854)


Je zou zeggen dat de boeken bij het langer worden van de dagen aan de kant gelegd worden. Toch is voor sommigen juist de zomertijd de tijd om te lezen. Met je stoel in een beschut hoekje, natje en droogje, boek erbij……..wie doet je wat? Neem ook gerust tijd voor de meer inspannende lectuur… Er is nog genoeg te koop!


Bijna april. Dat betekent dat ik a.s. vrijdag 1 april (geen gein) de gelukkige winnaar van de Give Away bekend hoop te maken. Nog een paar nachtjes slapen…

O ja, nog één dingetje. Waar blijven de verhalen?

donderdag 24 maart 2011

Uw verhaal


Een paar dagen geleden schreef ik over mijn andere weblog. Sommige mensen hadden de vraag gesteld waarom ik met nóg een weblog begonnen ben. Die weblog heb ik in het leven geroepen om..... Ja, waarom eigenlijk? In eerste instantie heb ik hem gevuld met boekenlijsten uit mijn webwinkel. Nu is dat niet zo spannend. Inmiddels heb ik een idee. En mijn idee is uw verhaal.


Hebt u een verhaal over:
• een bijzonder boek
• een boek dat u zoekt, maar nergens meer kan vinden
• een boek dat bijzondere indruk op u gemaakt heeft
• een boek dat u nooit zal vergeten
• een oud boek
• een boek als erfstuk
• een boek……………………….. ja vul zelf maar verder in……
Mail uw verhaal naar Boekenstek (liefst met een foto erbij), en uw boek wordt na goedkeuren geplaatst op de weblog (http://mijnboekenstek.blogspot.com/). Ik ben benieuwd…..


Ik hoop de verhalen te labelen, zodat ze makkelijk terug te vinden zijn. En wie weet, komen er bijzondere dingen boven tafel (of van zolder). Uw verhaal, daar draait het om.

woensdag 23 maart 2011

Een verzoek uit 1881


Klaas Allaart is zuinig op zijn boeken. Voor je het weet zijn ze immers smerig en gescheurd. Maar ja, als een ander er dan ook maar voorzichtig mee doet. Met keurige letters schrijft hij daarom het volgende op het lege schutblad:

De lezer wordt vriendelijk
verzocht
dit boek voor scheuren en
smerig worden zoveel
mogelijk te
bewaren door
den
eigenaar
KA

Het boek waar bovenstaande oproep in staat is "De Geschiedenis der Christelijke Gereformeerde Kerk in Nederland" door J. Verhagen Jr. en uitgegeven in 1881 te Amsterdam.



De geschiedenissen van de Christelijke Gereformeerde Kerk maken indruk op Klaas. Keurig netjes schrijft hij voorin een naamdicht om deze indruk te verwoorden:

Komt gij die zooveel hoort en ziet,
Lees hier wat kommer en verdriet
Al 't volk dat Afgescheiden hiet,
Al aanstonds moest verduren.
Soldaten in hun huis gebracht,
Als oproermakers hun geacht,
Laat staan door ieder een veracht,
Liet met 't vervolgen duren.
Aan die verdrukking kwam een end,
Als eene Kerk werd zij erkend,
Rijk is zij door haar hoofd en Heere,
Tot 's menschen heil en God ter eere.

Ritthem, 1 october 1881 KA

Toch mooi gedaan door Klaas. Van boven naar beneden staat keurig zijn naam te lezen, het Wilhelmus is er niks bij.


Om helemaal zeker te zijn dat hij zijn boek terug krijgt schrijft Klaas op de titelpagina nogmaals zijn naam:


Helaas is door de tand des tijds (of toch door een onvoorzichtige gebruiker?) alsnog de rug van het boek gegaan. Nee, smerig en scheuren valt wel mee! Dankzij Klaas.

maandag 21 maart 2011

Nieuwigheden

Hoe later op de avond.... Toch maar even een berichtje om bij te blijven. 't Is maar kort.

Vandaag heb ik een nieuwe boekenlijst geplaatst onder het tabblad "Boekenlijst". Dat is op zich niet zo bijzonder, alleen heb ik er voor het eerst ook de prijzen per boek achter gezet. Ik begrijp van sommige mensen dat ze dat handiger vinden zoeken dan in de webwinkel (waar alles gerubriceerd is).


Sommige mensen hebben me al een vraag gesteld over mijn andere weblog. Wat houdt dat nu in? Ja, dat weet ik nog niet helemaal. In eerste instantie wilde ik alles wat met de webwinkel te maken heeft op die weblog zetten. Dan blijft deze weblog puur voor de "gezellige" verhalen. Maar ik zit ook een beetje met een plan in mijn hoofd om er een soort boekbesprekings-weblog van te maken, waarbij lezers ook hun bijdrage kunnen toezenden. Een ander idee is om er iets te doen met lay-outs van boeken of illustraties in boeken. Daar zitten werkelijk juweeltjes tussen, vooral bij oudere boeken (zie onder). Ik weet echt nog niet wat het wordt. Maar als iemand een idee heeft....


Nog even iets anders. Inmiddels zijn er 48 volgers op deze weblog. Op Twitter zijn er inmiddels 75 volgers. Voor de Give Away staat de teller inmiddels op 20. 't Wordt nog wat...

O ja, ook in de webshop zijn weer boeken toegevoegd. Tolle Lege!

zaterdag 19 maart 2011

De vader en de zoon

Er is een site van de vader en de zoon. Ze heten allebei W.G. van de Hulst. De één heeft als achtervoegsel sr., de ander jr. Vanmorgen zat ik nog even te zoeken naar een afbeelding van Willem Wijcherts n.a.v. het stukje van gisteren. Bij deze zoektocht kwam ik op de site van W.G. van de Hulst. Op die site staat een schat van afbeeldingen en informatie over de beiden V.d. Hulsten. In het geval van Willem Wijcherts gaat het alleen om senior. De tekeningen zijn in nagenoeg alle gevallen verzorgd door J.H. Isings Jr.:
Met teekeningen van J.H. Isings Jr. (1884-1977) in alle tot nu toe verschenen drukken. De omslag van de 6e luxe uitgave is van J.G. Kesler, van de 8e tot en met de 12e druk is de omslag van Van de Hulst jr. en de 22e druk is door Rino Visser verzorgd. De overige verschillende omslagen zijn ook van J.H. Isings Jr.
Ik vond op de genoemde site ook afbeeldingen van de omslagen van Willem Wijcherts:


Zoals te zien is, staat er op deze uitgave als schrijver vermeld Jan van de Croese. Volgens de site:
De eerste drukken zijn onder het pseudoniem Jan van de Croese verschenen (naar de Utrechtse Croeselaan waar Van de Hulst woonde). Van de 3e - 6e druk is eveneens de eigen naam op de titelpagina vermeld. Daarna zonder pseudoniem uitgegeven.

Volgende uitgaven zien er allen even mooi uit. Er werd echt tijd aan besteed:



Bovenstaande uitgave is ook verschenen in Djakarta, niet verzorgd door Callenbach, maar door Ribbens Boekendepôt - uitgever - Djokja.
Volgende uitgaven:



"Mijn" exemplaar:


De omslag van de 22e druk is van Rino Visser:


Alle uitgaven, behalve de Indische, zijn verzorgd door Callenbach. De ondertitel in de eerste drukken is steeds: een dappere Alkmaarse jongen. Zo dapper. Na de Tachtigjarige oorlog is hij ook de 20e eeuw ongeschonden doorgekomen, hooguit een paar kleine schampschoten. Tenminste, de laatste uitgave vermeldt: De tekst is licht geredigeerd onder redactie van R.M. van de Hulst.

Willem Wijcherts

Nooit gehoord van Willem? Dan heb je wat gemist in je opvoeding. Ooit van de Tachtigjarige Oorlog gehoord? Nu, in die tijd leefde Willem. Nee, deze keer niet Willem van Oranje. Het gaat vandaag om Willem Wijcherts. Generaties achtereen hebben met rode oren zijn avonturen gelezen. Willem Wijcherts, een verhaal van de meester-verteller W.G. van de Hulst.
Vandaag viel mijn oog op zijn "Herinneringen van een schoolmeester". In dit boek vertelt van de Hulst over het "ontstaan" van zijn Willem:


Willem Wijcherts

Een moeilijke dag in zijn leven.
Hachelijke samenloop van omstandigheden: het hoofd is absent en de collega van bijstand in het grote vóórlokaal der school met op sollicitatie-avontuur. De jonge meester wordt plotseling geroepen die dag de ganse verzorging van klas vier, vijf en zes op zich te nemen.
Hij trekt met een beklemd hart te velde, kijkt met stille jaloersheid naar de juffrouw die in 't veilige achterlokaal blijft. Hij moet de campagne in... Zeventig, tachtig "groten" - vrolijk om het nieuwtje van vandaag: de meester van de "kleintjes" komt bij hèn, - kijken in nieuwsgierige afwachting. Vijandig zijn ze ganselijk niet, wel lichtelijk gespannen om het vreemde van 't geval. En dan is 't oppassen voor de meester.
Maar 't valt erg mee. Hij begint met het vertellen der Bijbelse geschiedenis, regelt daarna zo goed en zo kwaad 't gaat het werk voor de drie klassen, en belooft in de volheid zijns harten: "Luister! Straf geven wil ik vandaag niet; - als dat kàn, als dat lùkt, ga ik vanmiddag de laatste drie kwartier vertellen."
"Waarvan meester?"
"Waarvan? ... Ja, dat is hem zelf voorlopig ook nog duister, maar zonder weifeling antwoordt hij, kennende de toverkracht van dát woord-alleen-al op 't gemoed van een jongen: "Van de Spanjaarden!"
"Ja, zèg ... immes!" De fel begerig geeft van louter behagen zijn bankgenoot nog even een vrindschappelijke stoot in zijn ribben, buigt zich dan in nijver betrachten over zijn taalwerk.

En 't wèrd verdiend. Ja, de volbeladen schoolwagen wankelde wel eens bedenkelijk langs de hobbelige weg van de lange dag, maar bereikte toch, zonder ernstig ongeval, de lichtende mijlpaal: De Spanjaarden! ...
En de meester beklom zijn spreekgestoelte, liet zijn auditorium zoveel mogelijk bijeenschikken en begon.
"Maarten! ... Hóór es!"
"Ja, ... wàt?"
Hij moest zich nu redden; hij moest van Spanjaarden vertellen. Gelegenheid om een of ander mooi Geuzenverhaal te zoeken, had hem ontbroken die overvulde dag; maar nood scherpt... een paar jongens; - en dan komer er Spanjaarden aan. Zó kan 't verhaal beginnen. Maar wáár zal de schone tragi-comedie spelen?
Dan dwaalt zijn herinnering naar... de "Hindeloper kamer" in het Rijksmuseum, die niet om al haar kleurig pronk zo'n diepe indruk op hem maakte, toen hij als jongen haar 't eerst zag, maar door de intimiteit van haar vóórbouw: de houten stoep met de bank ter zij en de beschermende, brede luifel er boven. Hij was toen tersluiks op die stoepbank gaan zitten, had zich, in een heerlijke sensatie, een jongen uit de verre, oude tijd gevoeld; - die mooie tijd. Hè, in zo'n huis te wonen, in zo'n oude stad, en hellebaardiers te zien voorbijkomen, en de schout..."


Nu, vóór zijn troep begerige luisteraars, herrees dat beeld van de stoepbank onder de luifel. En de passage vóór die "Hindeloper Kamer" werd opeens een echte straat in... ja, wat zal hij kiezen? Leiden, Haarlem, Alkmaar? Hij is daar nooit geweest... Alkmaar dan maar. En hijzelf, de jongen op de bank, wordt opeens een der kornuiten, die samen op het muurtje klimmen, dat de stoep ter ener zijde afsluit. En dan komen er vanzelf Spanjaarden aanrijden, trots, en op wilde paarden. En een verrader, een zevenstuiversmannetje, wijst ze de weg... Maar zij, zij samen zijn geuzen natuurlijk... "Willem Wijcherts" heet de ene, "Maarten Kitman" de andere; "Schele Ebben" met de gedeukte neus, is de onverlaat, die met de vijand heult. 't Zijn namen die hem te binnen schieten uit "Ons Voorgeslacht" van Hofdijk. Ze doen het dadelijk goed. En vooral de scheefgewrongen neus van Ebben, de loense ogen maken indruk. Zijn gretige hoorders zien de twee jongens zitten op het muurtje, zoals hij ze zelf zitten ziet. Zij zien ze trappelen van pret als ze "Schele Ebben", het mikpunt van hun spot, ontdekken; zij schrikken mee als een der voorbijrijdende Spaanse rabauwen met zijn ijzeren handschoen baldadig een slag geeft tegen de mooie lantaarn, die aan drie riemen aan de luifel hangt...
Vreemd is het en verrassend, dat al die jongens en meisjes zo prachtig luisteren naar wat dwaze fantasie. Wat is toch het geheim? Is het misschien dit, dat de verteller eigenlijk net zo nieuwsgierig is naar wat gebeuren kan als zijzelf? Staat hij in abstracto eigenlijk niet tussen hen in: "Kijk, kijk, zie je dat?... Zie je die Schele Ebben vals loensen naar de jongens op het muurtje, omdat ze ook scheel kijken en hun neuzen met hun vinger ook naar rechts buigen, dezelfde richting waarheen zijn neuspunt wijst?...

Hij heeft verteld tot de laatste minuut van de schooldag; de kleintjes uit het andere lokaal joelden al buiten voor de ramen. Nieuwe perspectieven openden zich, nieuwe mogelijkheden, nieuwe bekoring: een Ketterbijeenkomst in de donkere avond, en "Schele Ebben" op 't pad; een overval door de jongens voorkomen; Willem Wijcherts gevangen en toch weer ontsnapt... Het schoon verhaal is natuurlijk ten einde gekomen en moet wel monsterachtig van compositie zijn geweest; maar - zijn dankbaar gehoor had genoten.
"Mooi was dat, meester!"
En hij kom met een eerlijk hart zeggen: "Ja, dat vond ik eigenlijk ook."


De meester heeft dat gedenkwaardige uurtje van de moeilijke dag niet geweten, dat hij een jaar of zeven later, als hij - na gedegen studie van tijd en plaats en geest in het Alkmaar van 1568 - zich, onder het pseudoniem, waagt aan zijn eerste jongensboek, dat oude vertel-entree herhalen zal:
"Maarten! ... Hóór es!"
"Ja, ... wàt?"
En ook niet, dat hij na vele jaren in stille dankbaarheid zal ervaren, dat het volgende geslacht van de jonge hoorders-van-eens het boek nog gretig leest, en en jongen-van-dán weer zeggen zal: "Móói was dat, meester!"
Die oude, dwaze fantasie in tijd van nood geboren uit het stoepbankje van de "Hindeloper kamer" in het Rijksmuseum, - hoeveel kinderlijk begeren heeft ze mogen laven.
Vreemde draden in een mensenleven.

Zullen we even geen DVD kijken?

woensdag 16 maart 2011

Curriculum Vitae


Het is best bijzonder als je nietsvermoedend een boek in handen krijgt en je komt in dat boek een bekende tegen. Nog bijzonderder (bestaat dat woord?) wordt het als die bekende dan ook nog familie is. Ik heb van dichtbij meegemaakt dat iemand een stapel Spiegels (u hebt die tijdschriften vast wel eens gezien) in handen kreeg. Spiegels zijn best interessant om te lezen. Die iemand, ’t was een man, begon welgemoed de stapel door te werken. Totdat zijn mond van verbazing open viel….. er stond een foto van zijn vader in. Zijn vader (de man leefde niet meer) werkte jaren terug op een scheepswerf. De Spiegel had een bezoek gebracht aan die scheepswerf en een reportage gemaakt. En op één van de bijbehorende foto’s stond de bewuste vader.

Zelf heb ik ook wel namen van familieleden in boeken ontmoet, o.a. in een levensbeschrijving van een Werkendamse boekverkoper (Kieboom). Mijn opa staat met foto en al in een levensbeschrijving van ds. Blaak. Helemaal onverwacht waren deze gevallen echter niet. Toch hadden we pas ook een onverwachte ontmoeting. ’t Betrof de opa (pake) van mijn vrouw.


Ik had twee delen op de kop getikt van “Het blijvende Woord”. De ondertitel luidt: Plaatsen waar, en predikanten door wie dit Woord verkondigd is. De boeken zijn in de tachtiger jaren door de Gereformeerde Bijbelstichting uitgegeven. De bijdragen van de verschillende scribenten bevatten een levensbeschrijving van een predikant (uit de 17e en 18e eeuw), een foto van een kerkgebouw waar die betreffende predikant heeft gestaan en de beschrijving van dat gebouw. Best interessant om te lezen. Ik kwam terecht op blz. 78. Op die bladzijde prijkte een foto van de Grote Kerk te Sneek, met daarnaast de levensbeschrijving van David Flud van Giffen (1653-1701), predikant te Wyckel, Knijpe, Sneek en Dordrecht. En toen kwam het. Ik laat het stukje (geschreven door ds. E. Venema) even volgen:
Een van de allermooiste gedeelten in Friesland is wel Gaasterland. Vooral in onze dagen zeer in trek bij hen die verpozing en rust zoeken. Eenvoudig en vriendelijk is de bevolking, gastvrij voor elke ‘vreemdeling’. Niet minder zeer gesloten en vooral als het gaat over geestelijke zaken. Trouw neemt men zijn plichten waar. Het gebed voor de arbeid wordt niet licht vergeten. En op de dag des Heeren ziet men de gezinnen opgaan naar Gods huis. Doch het is niet meer zoals het vroeger was. De diepgang van het geestelijke leven is weg. Men is tevreden, ook als des zondags het Woord van God verkondigd wordt naar de geest van deze donkere tijd.

Toch is het eenmaal anders geweest, nog niet eens zo lang geleden. Er stonden leraars op de kansels, die het Woord des Heeren verklaarden naar het hart van Jeruzalem. En dan kwamen ze, de eenvoudige Friezen. Van alle kanten maakte men zich op. De huifkar werd ingespannen en reeds lang voor de aanvang van de kerkdienst stonden ze voor het kerkgebouw. De banken vulden zich, stoelen werden gehaald, paden vol gezet. Deuren bleven open, vooral in de zomer, en tot op de grafzerken zat de aandachtige schare.

Eenmaal moest ik in het kleine plaatsje Wyckel een begrafenis leiden. Een eenvoudige ziel was het maar, die ik naar zijn laatste rustplaats moest brengen. Toch een mens met een bewogen gemoed en niet vreemd van de tere gemeenschap met zijn Koning. Daar was hij grootgebracht en aldaar was hij gestorven en ook daar wilde hij begraven worden. Vanuit de Hervormde kerk zou hij uitgedragen worden. Men probeert dan het hart van zijn hoorders te vinden. En men vraagt zich af: “Zou men het nog verstaan?”

En ziedaar het wonder, de oude koster die me opwachtte. Het gesprek met hem ging over het verleden. Hoe juist hier in dit vergeten dorp Wyckel eenmaal de zuivere waarheid verkondigd is. Hoe zlefs de grafzerken nog spreken van dat oude volk dat onder Gods dierbaar Woord gesticht is.

En nogal meer…het bewogen hart van de koster spreekt namens anderen…er is nog een volk dat hunkert naar die waarheid. God op het hoogst verheerlijkt en een zondaar op het diepst vernederd.

En later als ik dan weer langs die kerk reed, was het alsof het verleden nog meer ging spreken. Immers, hier heeft ook gestaan de prediker wiens naar hierboven staat uitgetekend: David Flud van Giffen.

O ja, ik lees net in de krant dat vandaag de boekenweek is begonnen. Het thema dit jaar is “Curriculum Vitae-Geschreven portretten”. Om iets goeds te zeggen over iemand heb je niet veel woorden nodig. Dat kan met een paar zinnen in een derde alinea….

dinsdag 15 maart 2011

Tussenstand...


Nee, bovenstaande foto is niet mijn boekenstek. 'k Vond het wel een leuke foto bij onderstaande getallen. Want, wat is de stand van vandaag met nog twee weken te gaan tot de bekendmaking van de Give Away? Nou, dat valt niet tegen:
* 38 volgers van de boekenstekweblog
* Enkele links op diverse andere weblogs
* Zo'n 15 gegadigden voor de Give Away. 'k Ben benieuwd...
* 63 volgers op mijn twitteraccount (@boekenstek)
* Heel veel leuke reacties op mijn berichten.

Net voor ik dit berichtje publiceer, controleer ik alle getallen nog even. En jawel, de 39ste volger is binnen. Welkom Ger (van Hoorn des Overvloeds). Wie is nummer 40?

Enne.... de bezoeken (en gelukkig bestellingen) in de webshop gaan ook gestaag door, ondanks het "tuinweer". Moedgevend!

zaterdag 12 maart 2011

Stapelen op zaterdag

Ik ben nog niet zo lang actief in blogland. Inmiddels heb ik wel ontdekt dat er op vrijdag nogal veel gestapeld wordt. Ik had gisteren graag meegedaan, maar ik had geen stapel. Vandaag heb ik weer een hele stapel op de kop getikt. Een gedeelte daarvan heb ik gestapeld. Ik ben onderaan begonnen :-)


Helemaal onderaan staat een oude soldatenkist van mijn opa (1872-1955). In de negentiende eeuw istie gebruikt voor het doel waarvoor hij gemaakt is. Sindsdien heeft hij jaren gediend als opbergkist voor jute (en later) plastic zakken. Ternauwernood heeft hij de twintigste eeuw overleefd. Het slot is niet meer compleet, de verf gebarsten en de riemen (tenminste ik neem aan dat die eraan zaten) verdwenen. Van de oorspronkelijke inhoud is niets meer over. Het geschilderde opschrift is nog duidelijk leesbaar: "A. Heistek" en "Goudswaard". Is er iemand die weet hoe zo'n kist er oorspronkelijk precies uitzag? En wat zat er in?

Dan de boeken (van onder naar boven): Een schitterend kijkboek over Honderd jaar Friese landbouw, een fotoboek over Israël, Oranje en Friesland, een roman van T. Bokma (te vergelijken met de boeken van W. Schippers), een oud dagboek (Het Morgenlicht, Stichtelijk Dagboek voor het Christelijk Gezin), een beeldverhaal van Piet Prins (Onder de geuzenvlag), een oorlogsroman, Thijs en Thor (van W.G. van de Hulst), drie bundels meditaties (ds. Moerkerken en ds. Venema), drie bundels ambtelijke ervaringen van ds. P. Blok, drie bundels kerstverhalen, een boekje van Spurgeon, Strumpelkenshoef van W. Schippers en tot slot twee oude Enkhuizer almanakken.

Binnenkort hoop ik al deze boeken (en anderen) weer op de site te zetten. Maar mocht je al interesse hebben......

vrijdag 11 maart 2011

Nog steeds Give Away....

Wellicht heb je op het punt gestaan om mee te doen met onze "Give Away", maar is het er nog niet van gekomen. Doe mee en maak kans op een waardebon van 20 euro of 30 euro, te besteden in onze webwinkel.


Klik op het Give-Away plaatje (bovenaan in de rechterkolom) voor de spelregels....

woensdag 9 maart 2011

Beetje licht in de tent...

We hebben een beetje licht in de tent. Zo heel veel tijd heb ik niet om te klussen nu de vakantie voorbij is. Maar gistermiddag heb ik toch de planken wand doorgezaagd, zodat één oud raampje van de betonnen garage tevoorschijn kwam. Het tweede raampje hoop ik binnenkort te doen. De witte latten is een voorlopige oplossing. Ik moet nog nieuwe latten kopen. Maar, alle goede dingen komen langzaam....

Van de zomer mag de buitenkant van de schuur ook nog wel een verfbeurt hebben. Maar nu schijnt het zonnetje in ieder geval al binnen. Boeken moeten immers warm staan....

dinsdag 8 maart 2011

De knappe leerjongen


"Leven-Leesboek voor de Scholen met de Bijbel" staat er op de voorkant. Het bewuste boekje is al jaren bij ons in huis. Waar het precies vandaan komt, weet niemand. Het oude leesboekje bevat verhalen, gedichten en wijze spreuken. Eén verhaal is wel bijzonder aardig. De tekening van Tjeerd Bottema doet daar nog een schepje bovenop.

De knappe leerjongen

Een schoenmaker nam eens een leerjongen aan. Kort nadat de jongen bij hem in huis was, vroeg hij dezen hoe hij hem, den mééster, zou aanspreken.
"Als baas", antwoordde de jongen.
"Nee", zei de meester, "je moet mij noemen "Baas der bazen." En hoe zou je mijn bed noemen?" vroeg hij verder.
"Bed", zei de jongen.
"Nee, dat noem ik mijn barnakel. En hoe noem je mijn broek?"
"Broek", zei de jongen.
"Nee, die heet mijn nikkerbokkers. En hoe noem je mijn vrouw?"
"Vrouw, of bazin".
"Nee, die heet Schoone vrouw Permoemadam. En hoe zou je mijn zoon noemen? "
"Joopie".
"Nee, je noemt hem Johannes de Groote. En hoe noem je de kat?"
"Poes".
"Nee, die heet Groote Karel Gropus. En het vuur? "
"Vuur".
"Nee, dat is heete kokkelorum. En de hoop takkebossen?"
"Takkebossen".
"Nee, die heet Hoogtopperdeberg. En hoe noem je den put?"
"Wel, put".
"Nee, dat is bij ons Mooie Fontein. En hoe noem je het huis?"
"Huis, natuurlijk".
"Nee, dat heet kasteel Mungo. En als je nu eens gelegenheid vindt om al die namen in één volzin te gebruiken en dat zonder één enkele fout, dan is je leertijd om."

Het duurde niet lang, of die gelegenheid kwam.

Eens stond de jongen heel vroeg op en legde vuur aan. Hij had een paar snippertjes papier aan den staart van de kat gebonden en toen kwam het dier daarmee te dicht bij 't vuur, en haar staart raakte in brand. Verschrikt liep zij naar buiten en kroop in den hoop takkebossen, die vlam vatte.
Toen liep de jongen, wat hij loopen kon, naar zijn baas, en riep:
"Baas der bazen, sta op van uw barnakel en schiet uw nikkerbokkers aan en roep Johannes de Groote en de Schoone Vrouw Permoemadam, want Groote Karel Gropus kwam te dicht bij heete kokkelorum en ging daarna naar Hoogtopperdeberg en als u geen hulp vraagt aan Mooi fontein, dan wordt het kasteel Mungo een prooi van heete kokkelorum."

Toen was de leerjongen volleerd.

Regelmatig klinken woorden uit dit epistel bij ons in huis....

vrijdag 4 maart 2011

Boekenwand


De eerste boekenwand is klaar. Vanavond heb ik alles ingeruimd. Het vreemde is dat de kasten binnen nóg vol staan... Uit alle hoeken en hollen heb ik de boeken gepakt, alles opnieuw gesorteerd en de alle kasten opnieuw ingericht. Onderstaande foto geeft een indruk van de boekenwand in de nieuwe boekenstek. Volgende week heb ik weer school. Dan zal er niet veel van timmeren komen. Maar ik wil z.s.m. de volgende wanden inrichten met boeken. Ik kreeg vandaag een oud computermeubel uit de tijd dat de computers nog veel groter waren, dat kan mooi dienst doen als bureau. Morgen hoop ik alleen nog een deur voor mijn boekenhol te hangen.

Van alle kanten heb ik hulp gekregen. Een emmer saus van iemand, het computermeubel van een ander, planken en boorden van een derde. Laatstgenoemde kwam ook nog een paar keer advies geven (en helpen). En....Marja nog hartelijk bedankt voor de Award. Thanks.

donderdag 3 maart 2011

Moe, maar voldaan!

Moe, maar voldaan! De hele dag binnen aan het timmeren en schilderen geweest om z.s.m. één boekenwand af te hebben.

Halverwege de dag zag het er zo uit:

Alles weer uit elkaar gehaald, van een kleur voorzien. Het resultaat is zo:
Ga zo nog een keer alle plekjes bijwerken (te vroeg alles weer in elkaar gezet...). Morgenavond hoop ik deze wand alvast vol te zetten met boeken (en de rommel opruimen :-)).

Wordt vervolgd hopen we.

woensdag 2 maart 2011

En de schoolmeester bouwde voort

De verbouwing vordert gestaag. De wanden (buiten en binnen) afgetimmerd, de eerste boekenplanken gezaagd. Morgen hoop ik daarmee verder te gaan, alvast één boekenwand opbouwen en van kleur voorzien. Hopelijk kan ik zaterdag dan de eerste boeken op de plank hebben. De andere wanden hoop ik dan de komende weken van planken (en boeken) te voorzien.

Vandaag tussendoor ook nog twee dozen boeken gekocht. Die hoop ik vrijdag op te halen. Ik kom er even niet aan toe om nieuwe boeken op de site te zetten. Eerst maar even uit de troep....

Ik ben aan foto's maken niet toegekomen. Hopelijk de volgende keer weer.

dinsdag 1 maart 2011

Boeken moeten warm staan...

Terwijl anderen bevangen zijn door verkiezingskoorts en stad en land afreizen om stemmen te winnen, heb ik me verdienstelijk gemaakt als bouwvakker.
Boeken willen graag warm staan.
Ademfolie (tenminste zo noem ik het) ervoor.
Tengels erop.
En ziedaar....

Halverwege de schuur (binnen) heb ik ook al een raamwerk gemaakt voor een wand, opening voor een deur erin. Mijn fototoestel wil deze duisternis echter nog niet op de foto zetten.

Wordt vervolgd hopen we.